fbpx

Het Ego en de Superego

Het concept van het ego is ontwikkeld door de psycholoog Sigmund Freud als onderdeel van zijn psychoanalytische theorie. Volgens Freud is het ego een van de drie delen van de menselijke psyche, samen met het id en het superego.

Het ego is gecreëerd als een manier om individuen te helpen bij het navigeren door de eisen van de externe wereld en tegelijkertijd om te gaan met hun interne impulsen en verlangens. Het is verantwoordelijk voor het bemiddelen tussen de impulsen van de id en de eisen van de buitenwereld, en helpt een gevoel van identiteit en zelfbewustzijn te creëren.

Vanuit een ontwikkelingsperspectief begint het ego zich te vormen tijdens de vroege kinderjaren, wanneer kinderen in de leeftijd tussen 0 en 7 leren door hun omgeving te navigeren en een zelfgevoel te vormen. Naarmate individuen ouder worden, blijft dat op jonge leeftijd al ontwikkelde ego een rol spelen in hun persoonlijkheid en gedrag, en helpt het hun behoeften en verlangens in evenwicht te brengen met de eisen van de buitenwereld.

Hoewel het concept van het ego in de loop van de tijd is besproken en verfijnd, blijft het een belangrijk onderdeel van de moderne psychologie en ons begrip van menselijk gedrag en persoonlijkheid.

Het Superego

Het superego is een van de drie delen van de menselijke psyche volgens de psychoanalytische theorie van Sigmund Freud, samen met het id en het ego.

Het superego wordt vaak de morele of ethische component van de psyche genoemd. Het vertegenwoordigt de geïnternaliseerde waarden, idealen en morele normen die een persoon heeft verworven door zijn opvoeding, cultuur en samenleving. Het superego werkt om de impulsen van de id te onderdrukken of te beheersen en om het ego naar moreel en ethisch gedrag te leiden.

Het superego ontwikkelt zich tijdens de kindertijd als gevolg van de interactie van het kind met hun ouders en de culturele normen en waarden van hun samenleving. Het wordt gevormd door ouderlijke waarden, maatschappelijke verwachtingen en de eigen ervaringen van het kind met beloningen en straffen.

Freud geloofde dat het superego verantwoordelijk was voor het reguleren van iemands gedrag en het voorkomen dat hij handelde naar zijn meest primitieve impulsen. Een overactief of te rigide superego kan echter leiden tot schuldgevoelens en angstgevoelens en kan mogelijk het vermogen van een persoon om een bevredigend leven te leiden, belemmeren.

Over het algemeen speelt het superego een belangrijke rol bij het vormgeven van iemands gevoel voor moraliteit en ethisch gedrag, en het blijft een belangrijk concept in de moderne psychologie.

Wat is dan het verschil tussen die twee

Het ego en het superego zijn twee verschillende componenten van de menselijke psyche volgens de psychoanalytische theorie van Sigmund Freud.

Het ego is het deel van de psyche dat bemiddelt tussen de impulsen van het id en de eisen van de buitenwereld. Het helpt om een gevoel van identiteit en zelfbewustzijn te creëren, en is verantwoordelijk voor het handhaven van een evenwicht tussen de impulsieve verlangens van de id en de beperkingen van de werkelijkheid.

Het superego daarentegen vertegenwoordigt de geïnternaliseerde waarden, idealen en morele normen die een persoon heeft verworven door zijn opvoeding, cultuur en samenleving. Het werkt om de impulsen van de id te beheersen of te onderdrukken en het ego naar moreel en ethisch gedrag te leiden.

Met andere woorden, het ego is gericht op het balanceren van de verlangens van de id en de beperkingen van de externe wereld, terwijl het superego gericht is op het reguleren van gedrag op basis van geïnternaliseerde waarden en morele normen.

Hoewel zowel het ego als het superego belangrijke componenten zijn van de menselijke psyche, kunnen ze soms met elkaar in conflict zijn. Het ego kan bijvoorbeeld een verlangen willen vervullen dat in strijd is met de morele normen van het superego, wat leidt tot schuldgevoelens of angstgevoelens.

Waar komt die kritiek op jezelf dan vandaan?

Zelfkritiek of zelfkritiek is een natuurlijk onderdeel van de menselijke cognitie en kan uit verschillende bronnen in de menselijke geest komen. Het kan voortkomen uit externe invloeden, zoals maatschappelijke of culturele verwachtingen, of het kan voortkomen uit interne factoren, zoals persoonlijke doelen of ervaringen uit het verleden.

Vanuit een psychologisch perspectief kan zelfkritiek worden gekoppeld aan het functioneren van het superego, dat verantwoordelijk is voor het reguleren van gedrag en het afdwingen van geïnternaliseerde morele en ethische normen. Het superego kan soms overdreven kritisch of rigide zijn, wat leidt tot schuldgevoelens of zelfverwijt.

Zelfkritiek kan ook worden beïnvloed door iemands individuele temperament of persoonlijkheidskenmerken. Personen die bijvoorbeeld perfectionistisch of zeer zelfkritisch zijn, zullen eerder geneigd zijn tot negatieve zelfevaluatie en zelfbeschuldiging.

Bovendien kunnen levenservaringen zoals trauma, misbruik of verwaarlozing ook bijdragen aan zelfkritiek. Deze ervaringen kunnen iemands overtuigingen over zichzelf en hun waarde vormen, wat leidt tot een negatieve zelfevaluatie en zelfkritiek.

Over het algemeen is zelfkritiek een complex fenomeen dat kan voortkomen uit een verscheidenheid aan interne en externe factoren. Het kan je tegenhouden je volledige zelf te leven. Het kan je in rondjes laten gaan, elke keer weer in dezelfde situaties te lopen zonder dat je het gevoel hebt dat je er iets aan kan doen.

Je bent geprogrammeerd

In de leeftijd van 0 tot 7 ontwikkel je op het gebied van veiligheid een bepaald beeld in het Superego. Wat moet jij doen om jezelf veilig te voelen?

Is dat constant invoelen op hoe je ouders zich voelen zodat je de bui kan zien aankomen.
Is dat wellicht vooral niet opvallen.
Is dat vooral je mond houden en luisteren
Of was er misschien helemaal geen gevoel van veiligheid, en was je constant in een gevoel van onveiligheid.

Wanneer je een opvatting hebt op veiligheid dan draag je dat je hele leven onbewust mee. Wanneer je voor jezelf dit dan niet kan doen. Zoals bijvoorbeeld jezelf laten zien of jezelf echt uitspreken, kunnen er gevoelens van angst opkomen. Deze zijn natuurlijk irrationeel en niet te ontdekken. Je bent immers niet in een gevaarlijke situatie. Toch voel je ineens angst…

Wil je een overtuiging gaan veranderen is het belangrijk te weten wat deze overtuiging nou echt is. En zorgen dat jij je veilig voelt binnen die kaders. Dan kan je gaan werken aan het loslaten van jouw oude programmering…

Zo niet alleen op veiligheid maar ook liefde

Wat heb jij moeten doen om aandacht te krijgen van je ouders vroeger?

Vooral lief zijn
Of juist kattenkwaad uithalen
Heel erg je best op school
Altijd netjes zijn, kamer op ruimen
Nette kleren, goede manieren
Zorgen voor je moeder/vader/zussen of broers

Als die gedragspatronen echo-en door tot in je volwassen leven. Wat is trauma gedrag en wat is gewoon net en sociaal gedrag? Waar ga je de grens over met pleasen, perfectionisme, sociaal aangepast gedrag, bescheidenheid, anderen boven jezelf plaatsen etc etc…

Door eens goed te kijken naar je patronen kom je al een heel eind. In een QHHT sessie ga je wanneer je dat wil langs deze onderwerpen om jouw patronen te ontdekken en te zien hoe lang je hier al mee bezig ben. Met behulp van de verhalen van (vorige) levens en het hogere zelf maak je een hele bijzondere deep-dive in jezelf.

error: Content is protected !!
cadeautje voor jou!